Nadat we Montevideo hebben verlaten gaan we naar een camping cq autostalling UY om de auto weer opnieuw in te richten. Ongelofelijk hoeveel spullen we er weer in moeten krijgen. Uiteindelijk blijkt het allemaal mee te vallen en behalve teveel kleren past alles makkelijk. Wanneer Sven de auto gevuld heeft met water kunnen we op pad. Met de auto bedoelen we ook echt IN de auto omdat er in de 85 liter tank opeens 120 liter verdween. Het water kwam er aan alle kanten uit de auto lopen. Volgende keer toch de sluiting checken of deze goed dicht is.
We rijden langs de kust naar Punta del Sur, een mondaine badplaats. Het is even een rare gewaarwording maar wel leuk om even rond te kijken. We worden aangesproken door een Argentijn, of we langs willen komen in zijn nieuwe appartement zodat hij tips kan geven over Argentinië. Erg aardig natuurlijk maar we besluiten toch om het aanbod af te slaan. De grensovergang van Uruguay naar Argentinië verloopt soepeltjes en in no-time staan we in de stromende regen in Gualeguaychu. Het hele stadje is veranderd in kolkende rivier terwijl wij op zoek gaan naar een 110km/h en rode balk sticker. Dit is verplicht op alle auto's ouder dan 3 jaar.
Het landschap is erg saai. Uitgestrekte pampa's, zo ver het oog reikt. Het enige wat we zien zijn koeien, schapen en gras. Het heeft veel weg van de Noordoostpolder alleen dan 1200 kilometer lang. De schoonheid van Argentinië moeten we duidelijk nog ontdekken.
Bij Viedma, langs de Rio Negro, wordt de omgeving interessanter. Bij El Cóndor leeft ,volgens zeggen, de grootste papegaaien kolonie; Loros barranqueros. Ze leven in de rotsen langs de kust en maken een hoop kabaal. Erg mooi om te zien.
Via de "A"1 rijden we over de onverharde weg naar het zuiden. Al het gehobbel blijkt net even teveel wanneer er plotseling een luide tik op het dak klinkt en er iets begint te rammelen. Bij nader inspectie blijken er 3 popnagels van het roofrack geknapt te zijn. Omdat we geen popnageltang en nagels mee hebben gaan we op zoek naar een garage. Hier kunnen we gebruik maken van zijn spullen en hoeven alleen de popnagels af te rekenen. Voor de zekerheid zet Sven er nog een aantal extra bij. En schaffen we zelf een popnageltang aan. Dit zal in de toekomst wel vaker gebeuren.
Nadat alles weer vast zit en voor een aantal dagen boodschappen zijn gedaan, gaan we op weg naar het Nationale Park Península Valdés.
Het park op zich is niet zo fraai en de regels zijn een stuk strenger geworden. Wildkamperen is er niet meer bij en je mag alleen op parkeerplekken de auto uit. Ondanks dat het landschap net zo saai is als op andere plekken is het hier wel mogelijk om naast schapen andere dieren te zien.
Vanaf de kust kan je diverse dieren zien. Lekker makkelijk en goed tegen zeeziekte. Zo vind je hier onder andere; zeeleeuwen, pinguïns, zeeolifanten, walvissen en flamingo's en Orka's
We bekijken nog een aantal pinguïn kolonies. We zijn net te vroeg, want de eieren zijn nog niet uitgekomen.
Aan een mooie dag komt abrupt een eind. Bij het parkeren op een fantastische wildkampeerplek slaat de pech toe. De wielen blokkeren en blijkt dat de hele reminrichting totaal in de vernieling te ligt. Na wat kunst en vliegwerk kunnen we naar een stad rijden. Weliswaar zonder remmen maar we bereiken een grote Toyota dealer 300 kilometer verderop. Na 3 dagen wachten is het benodigde materiaal uit Buenos Aires ingevlogen en worden alle 4 de remmen vernieuwd.