View Static Version
Loading

Stoppen met omvallen verslag Breed Overleg november 2022

Introductie Stoppen met Omvallen

De jeugdzorg loopt vast. Wachtlijsten lopen op. Het is moeilijk om medewerkers te vinden en te behouden. Is meer jeugdzorg de oplossing? Of moeten we meer aan de ‘voorkant’ gaan werken zodat jeugd gezond kan opgroeien? Zo’n 60 bestuurders, beleidsmakers en professionals uit Den Haag gaan er met elkaar over in gesprek tijdens het Breed Overleg.

Margo van Rheenen, bestuurder bij Xtra, neemt dit Breed Overleg de honneurs waar voor voorzitter Jet Bussemaker. Na een korte situatieschets, waarin ze benadrukt dat alle thema’s die centraal staan in het Integraal Zorg Akkoord al lang en breed op het netvlies van het Gezond en Gelukkig Den Haag netwerk staan, duiken we de inhoud in.

Die draait dit keer om de Jeugdzorg. Van Rheenen schrok laatst weer van de cijfers, vertelt ze. ‘Er belanden steeds meer jongeren in de Jeugdzorg, nu zelfs 1 op 7. Wat kunnen we doen om dat te kantelen en de vallende dominostenen tot stilstand te brengen?’

Gezond opgroeien is stoppen met omvallen.

In gesprek met Rob Gilsing en Mariska Wubben: wetenschap en praktijk over uitdagingen en kansen.

Waarom stijgt het aantal kinderen in jeugdhulp alsmaar door? En wat moeten we doen om dit te veranderen? Een tweegesprek met lector Jeugdhulp en Transformatie aan de Haagse Hogeschool Rob Gilsing en directeur van een basisschool in Moerwijk Mariska Wubben. 'Als we met elkaar zeggen dat we het anders willen, moeten we met elkaar zaken anders gaan doen. '

Van Rheenen: Waarom stijgt het aantal kinderen in de jeugdhulp alsmaar door?

Rob Gilsing: 'Daar zijn veel redenen voor. We zien die stijging al 25 jaar, dus al voor de invoering van de Jeugdwet. Oorzaken zijn bijvoorbeeld toename van kinderen uit gescheiden gezinnen, met name bij complexe scheidingen. Ook vroegsignaliering zorgt voor meer kinderen met jeugdhulp. En we weten steeds meer, en dat betekent dat er meer mogelijk is én ouders meer willen.

Daarnaast is de transformatie zoals bedoeld bij invoering van de Jeugdwet niet goed op gang gekomen. Jeugdzorg is toen overgeheveld naar de gemeente met als doelen preventie, normalisatie en de-medicalisatie. Daar is nog maar weinig aandacht voor geweest. Dat komt omdat bij de overheveling naar de gemeente ook kostenbesparing een doel was. Terwijl zo’n grote verandering – juist in het begin – meer tijd en geld kost. We zien nu de gevolgen van het niet op gang komen van die omslag.'

Van Rheenen: Stel dat we het nu wel voor elkaar krijgen om die transformatie goed op gang te krijgen, hoe zou het er dan over tien jaar uit moeten zien?

Gilsing: 'Het zou vanzelfsprekend moeten zijn dat een ouder zijn of haar zorgen bespreekt met andere ouders. Zulke gesprekken maken duidelijk dat veel zorgen alledaags zijn, of tijdelijk. En dat er niet meteen jeugdhulp nodig is. Als dat wel zo is, kijkt professionele hulp met een brede blik. Dat betekent dat er niet wordt volstaan met een diagnose ADHD en medicatie, maar dat we kijken hoe dat komt. Want ADHD is geen verklaring, het is alleen maar een label. We moeten daarnaast bij oplossingen meer kijken naar de kracht van kinderen, hun gezin en het netwerk daaromheen.'

Mariska Wubben, directeur van een basisschool in Moerwijk: 'Helaas is dit nog niet de werkelijkheid. Ik hoop natuurlijk dat we die kant opgaan, maar ik zie de problemen alleen maar verergeren. Ik zie een toename in wachtlijsten en in zorg bij kinderen, maar ook in problematiek bij ouders, zoals armoede of verslaving. Er komen steeds meer taken bij onderwijs, die daar niet horen. Maar omdat er nu geen andere oplossingen zijn, moeten we die wel op ons nemen.

Want als we niks doen met zorg of armoede, komen we helemaal niet aan onderwijs toe. We moeten aan alle kanten harder trekken om aan onze kerntaak – onderwijs – toe te komen. Dus als we samen zeggen dat we het anders willen doen, moeten we met elkaar zaken zien te veranderen.'

Van Rheenen: Wat is er nodig?

Wubben: We moeten meer zorg naar de wijk brengen. Ouders moeten nu de wijk uit voor zorg voor hun kinderen. Ik heb beschikking over 10 uur schoolmaatschappelijk werk, dat is veel te weinig. Ik heb fulltime iemand nodig om de schakel ‘zorg’ veel sterker in de school te kunnen zetten. Want daar komen de kinderen en hun ouders. Nu is het zo dat als ouders geen ‘hulpvraag’ hebben, het CJG niks kan doen. Maar wij zien dat er soms wel iets nodig is. Er moet meer vertrouwen komen in ons perspectief.

Daarnaast zou het goed zijn als mensen 1 aanspreekpunt hebben. Veel mensen kampen met multi-problematiek, zij komen nu bij meerdere hulpverleners terecht. Daar moeten ze elke keer hun verhaal vertellen. Dat is heel onprettig. Ik zie hoe de hakken in het zand kunnen gaan als mensen weer naar een ander persoon moeten. Door dit anders te organiseren, bijvoorbeeld met 1 contactpersoon, valt veel te winnen.'

Van Rheenen: Wat voorkom je nog meer met schoolmaatschappelijk werk?

Er wordt momenteel hard gewerkt aan vernieuwing van het Haagse Jeugdstelsel, waarbij vanaf 2024 samenwerkingsverbanden van aanbieders de wijk ingaan en dus ook aansluiting zullen zoeken met scholen. De financiering loopt 8 jaar, zodat de teams meer duurzaam kunnen werken om dit op de beste manier vorm te kunnen geven in de wijk. De eerste fase van de aanbesteding is inmiddels van start gegaan, waarin gesprekken plaatsvinden om de definitieve opdracht voor de samenwerkingsverbanden vorm te geven.

Maartje van den Berg, kinderarts over samenwerking met het sociaal domein

‘Ik zie in het ziekenhuis veel kinderen met aanhoudende klachten, waardoor ze niet naar school kunnen. Vaak heeft die buikpijn of moeheid een psychosociale oorzaak. Zoals angst, of problemen op school. Of ernstigere oorzaken, zoals mishandeling. Om hier zicht op te krijgen is het heel waardevol om contact te leggen met jeugdartsen of anderen uit het sociaal domein.

Ik vind dat ook mensen achterin de keten de verantwoordelijkheid hebben om breed na te denken. Dat kunnen we in het ziekenhuis of de ggz echt nog veel beter doen. Breed denken en de samenwerking blijven opzoeken. Zo kunnen we van elkaar leren én de patiënt beter helpen.’

Bekijk Maartjes visie op samenwerking in onderstaande video:

Verdieping en gesprek tijdens workshops

Workshop: Samenwerken rond onbedoelde zwangerschappen – handen uit de mouwen

Aan de hand van de cliëntreis van een ervaringsdeskundige – een jonge moeder – gingen de deelnemers in de workshop met elkaar aan de slag onder leiding van Rianne Kleijn (jongerenadviseur JIP Zoetermeer/ projectleider ZonMw verbetering lokale praktijk bij onbedoelde zwangerschap en kwetsbaar (jong) ouderschap) en Nienke Slagboom (medisch antropoloog en onderzoeker binnen de afdeling Public Health en Eerstelijnsgeneeskunde van het LUMC).

Waar vielen voor haar de eerste dominosteentjes? Welke kleine praktijkverbeteringen zouden helpen om een ander pad mogelijk te maken? Welke stappen helpen om de zorgvuldig opgestelde zorgpaden van het papier af te krijgen?

Ervaringen en inzichten

Workshop: Buurtintimidatie

In Moerwijk komen jongeren tussen de 16 en 27 jaar samen in de Jongerenhub (de voormalige fietsenwinkel aan de Van Baerlestraat) om te werken aan het verminderen van straatintimidatie. Ze creëren virtual reality films vanuit perspectieven van dader, slachtoffer en bijstander om ook andere jongeren voor te lichten over dit onderwerp.

Een vernieuwend project waar speerpunten uit de wijk (veiligheid en intimidatie), zorg en welzijn elkaar vinden samen met de doelgroep. In deze workshop deelden Jamal (Wijkz) en psychotherapeuten Omar en Fiona de totstandkoming, de grote belangstelling en de eerste uitkomsten van dit project.

Ervaringen en inzichten

Workshop:18 jaar? Zoek het zelf maar uit!

Wat als je het op je 18e het zelf maar moet uitzoeken? Ravi Debisarun heeft het meegemaakt. Hij is ervaringsprofessional bij Housing First Jongeren en werkt nu met jongeren die vaak hetzelfde hebben meegemaakt. In de workshops heeft hij zijn ervaringen gedeeld en verteld over zijn inzet om te komen waar hij nu is.

Zo vertelde hij: 'Het was beter geweest als jeugdzorg (op een veldbedje) bij mij thuis was gekomen. Ik was dan niet uit mijn veilige omgeving, bij mijn school, vriendjes en uit de wijk gehaald om langs tientallen hulpverleners en opvangplekken te moeten gaan.’

Ervaringen en inzichten:

Workshop: Samenwerken met de basisscholen in de wijk

De school is de plek waar kinderen en hun ouders dagelijks komen. In Moerwijk zijn de scholen en de wijk aan de slag gegaan om samen meer te bereiken in de ondersteuning van kinderen en gezinnen. Deze workshop heeft twee voorbeelden van deze samenwerking toegelicht.

Jamila Choukoud, projectleider van de Moerwijk Moeders, vertelt over samenwerken met de scholen en de betrokkenheid van ouders bij school. Marianne Langkamp, van de JMO (Jeugd en Maatschappelijke Ondersteuning) gemeente Den Haag, vertelt over de samenwerking in de wijk om de peuteropvang voor alle kinderen mogelijk te maken.

Workshop: Nu niet zwanger

De combinatie van zwangerschap en kwetsbaarheid leidt vaak tot problemen en heeft voor ouders en kinderen een enorme impact. Het programma 'Nu niet zwanger' richt zich op het voorkomen van onbedoelde zwangerschap en geeft handvatten om dit bespreekbaar te maken. En om mensen te kunnen voorzien van de juiste kennis en middelen.

Tijdens de workshop namen Melissa Geers (inhoudelijk coördinator Nu Niet Zwanger) en Nieke Mimica (projectleider Kansrijke Start) de deelnemers mee in het programma.

Credits:

Gemaakt met afbeeldingen van Daniel Ernst - "Group of successful cheering african american and caucasian and hispanic and latin young adults" • Seventyfour - "Closeup of teenage girl holding smartphone outdoors while sitting on metal stairs with group of friends in background, copy space"

NextPrevious

Anchor link copied.

Report Abuse

If you feel that the content of this page violates the Adobe Terms of Use, you may report this content by filling out this quick form.

To report a copyright violation, please follow the DMCA section in the Terms of Use.